vrijdag 16 juli 2010

Yellowstone 1e deel Lower & Midway Geyser Basin

Vrijdag 26 juni 2009 (1e deel)

Geisers in alle kleuren en vormen.


Vannacht goed geslapen en dat is ook niet zo verwonderlijk na al de drukke dagen die we hebben gehad. Vandaag is het bewolkt en de lucht is dreigend en dat hebben we nog niet eerder meegemaakt. Na ons broodje gaan we op weg. Het is de bedoeling het gebied rond Old Faithful te bezoeken. Het is ruim 30 km dus op weg. We passeren West Thumb, wat we morgen gaan bekijken, verder op weg naar Old Faithful. Onderweg er naar toe zien we bergen met veel bos en daar tussendoor wat grasvlaktes. Onderweg komen we op een hoogte van 2558 meter en passeren Continental Divide.

De Continental Divide van Noord-Amerika of de Great Divide loopt schuin door het zuidwestelijke deel van het park en is de naam voor de hydrologische verdeling.

Een kloof / bergketen scheidt de stroomgebieden, van Amerika, met als gevolg dat sommige rivieren afwateren in de Stille Oceaan en andere in de Atlantische Oceaan (met inbegrip van afstromen via de Golf van Mexico en de Caribische Zee). Het noordelijke gedeelte stroomt af in de Arctische Oceaan.

Ongeveer een derde van het park ligt aan de westelijke kant van de kloof. De oorsprong van de Yellowstone en Snake Rivieren liggen bij elkaar in de buurt van elkaar, maar aan weerszijden van de kloof. Als gevolg hiervan stroomt het water van de Snake River naar de Stille Oceaan, terwijl die van de Yellowstone zijn weg vind naar de Atlantische Oceaan via de Golf van Mexico.

Er zijn andere continentale divides die het Noord-Amerikaanse continent verdelen, maar de Great Divide is veruit de meest prominente van deze. De lijn volgt de hoge pieken van zowel de Amerikaanse en Canadese Rocky Mountains.













De gele lijn is de route van de Great Divide die door Yellowstone loopt


De weg wordt weer behoorlijk steil en later begrijpen we ook waarom. Na een aantal milen passeren we nog een keer, op een hoogte van 2518 meter, de Continentale Divide. De scheiding van deze Continentale Divide ligt ook precies door een meertje Isa Lake. Het gevolg is dat tijdens de lente het water vanuit dit meertje deels naar de Atlantische Oceaan, en deels naar de Pacific stroomt. Na een poosje zien we Old Faithful Area liggen en zetten we de camper op de parkeerplaats. We hebben alle ruimte want we zijn vroeg. Eerst even naar het informatiecentrum voor info over de tijden van de uitbarstingen van de verschillende geisers. We zijn mooi op tijd de Old Faithful zal over een 15 tot 20 minuten uitbarsten dus op weg erheen. Als we staan te wachten, gebeurt wat we al aan zagen komen, het gaat regenen. Daardoor valt de uitbarsting minder op, het is een en al stoom. We hebben geen jassen, willen ons niet nat laten regenen en gaan terug om in de winkel 2 windjacks te kopen. De jassen zijn we immers ook kwijt geraakt; zitten in de zoekgeraakte koffer. Gelukkig hangen er een paar leuke regenjasjes. Op de jasjes een leuke print van Yellowstone, hebben we ook nog een leuke souvenir. Het weer is nu toch slecht dus ook het oliepeil van de camper weer even checken, nou die wil ook wel weer aan het olie infuus dus maar wat litertjes gekocht. Het bonnetje goed bewaren want het geld kunnen we bij het inleveren van de camper terug krijgen. Niet alleen de camper heeft wat nodig, maar wij ook.

Een paar boodschapjes in de kleine winkel en gezien de prijzen alleen maar het hoogst noodzakelijke. Het regent nog steeds dus gooien we het programma om. We zijn van plan naar de West Intrance van Yellowstone te rijden. Daar is Wifi en kunnen we de thuisblijvers informeren waarom we niets van ons laten horen. Dus maar weer op weg, het is een mooie route. Onderweg zijn de nodige bizons te zien. Even later een file, en ja hoor… weer bizons maar nu met kalfjes. Een hele grote groep, minstens 50. Prachtig gezicht, we zien een kalfje bij de moeder drinken. Een grazende groep bizons met op de achtergrond waterstroompjes en op sommige plekken komt de stoom gewoon uit de grond. Wat is dit een schitterend gezicht.

In dit gedeelte, van Old Faithfull tot Madison, van Yellowstone wemelt het van geisers, de ene nog groter en mooier dan de ander. Om uit die honderden geisers te komen hebben ze dit gebied in 3 stukken opgedeeld. De Upper Geyser Basin, bij Old Faitful en dan nog de Midway en meer richting Madison de Lower Geyser Basin. En ook deze stukken hebben ze weer opgesplitst. Het bijzondere aan dit gebied is dat je hier alle 4 soorten van thermische activiteit van Yellowstone National Park kunt zien. geisers, heetwaterbronnen, modderpoelen en fumaroles (openingen waar gas of stoom uitkomt).

De werking van geisers, heetwaterbronnen en fumaroles

Jaarlijks valt er meer dan een halve meter regen en sneeuw in Yellowstone. Het water zakt in de poreuze grond. Hoe dieper, hoe hoger de temperatuur, het magma verhit het water, en dat zoekt in de vorm van een geiser, een heetwaterbron, een modderpot of een fumarole (stoomgat) weer een weg naar buiten. Onder de grond zit in Yellowstone een groot "kanalen- en buizenstelsel". Afhankelijk van hoe dit stelsel er plaatselijk uitziet wordt de vorm bepaald waarmee het verhitte water aan de oppervlakte komt.

Fumaroles.
Een fumarole of stoomgat is een opening in de aardkorst, vaak in de buurt van vulkanen. Onderweg naar boven, door
kleine scheuren of langs lange kloven, ondervindt het verhitte water weinig weerstand. Hierdoor verdampt het direct en deze damp bereikt, samen met andere omhoog stijgende gassen (koolstofdioxide, zwaveldioxide, zoutzuur en waterstofsulfide) de oppervlakte vaak met een luid sissend geluid.

Heetwaterbronnen.
Indien het verhitte water onder de grond echter veel hindernissen in de vorm van grote waterkolommen en kanalen op zijn weg omhoog tegenkomt, dan ontstaat er een proces dat leidt tot een heetwaterbron of tot een geiser. Dit gaat als volgt: Het verhitte water wil omhoog. Door de druk van de watermassa erboven lukt dit echter niet. Het verhitte water dat niet weg kan, wordt warmer en warmer. De temperatuur van het onderste water stijgt daardoor zelfs ver boven het kookpunt. De druk stijgt daarmee ook. Op een gegeven moment ontstaat er een evenwichtspunt. De druk van de bovenliggende waterkolom is even groot als van het superverhitte water er onder. Er ontstaan allerlei luchtbellen in het water en deze zoeken een weg omhoog. Indien nu het kanalenstelsel breed genoeg is, dan kunnen deze luchtbellen de weg omhoog vinden en uiteindelijk de oppervlakte bereiken in de heetwaterbron erboven. Aldus ontstaat er een circulatie van heet water naar boven en van kouder water naar beneden. Dit steeds maar doorgaand proces levert een heetwaterbron op. De specifieke kleuren in de geisers en heetwater bronnen worden veroorzaakt, ondanks de zware omstandigheden, door verschillende soorten bacteriën en algen. Wetenschappers waren er in het algemeen van overtuigd dat er geen leven mogelijk was boven ongeveer 73 ° C (163 ° F) de bovengrens voor het voortbestaan van cyanobacteriën. Bijvoorbeeld de structuur van de belangrijkste cellulaire eiwitten en desoxyribonucleïnezuur (DeoxyriboNucleic Acid = DNA). Helaas hadden de wetenschappers ongelijk.

Observaties bewezen dat er daadwerkelijk leven mogelijk is bij hogere temperaturen en dat sommige bacteriën liever zelfs temperaturen hebben, hoger dan het kookpunt van water. De kleur van het water kan men min of meer als thermometer gebruiken: is het water zelfs voor algen te warm, dan is het blauw; in de groene (bij zuur water) en gele gedeelten (bij niet-zuur water) heeft het water een temperatuur van ongeveer 75° C. De oranje en bruine gedeeltes geven een temperatuur aan van ongeveer 50° C. Beneden de 50° C kunnen ook andere planten dan algen in het water groeien en kunnen er allerlei kleuren opduiken.

Fontein en kegel geisers. Er zijn twee soorten geisers: fontein geisers die door poelen of vijvers heen breken, meestal in een reeks van intense, zelfs gewelddadige, uitbarstingen in de vorm van een fontein. De andere is de kegel geiser, die uitbarst in de vorm van een van de kegel, een strakke straal van water van een paar seconden tot enkele minuten. Old Faithful, misschien wel de bekendste geiser in Yellowstone National Park, is een voorbeeld van een kegel geiser. Deze geisers zijn meestal op heuvels te vinden.






1e Grand Geyser, fontain geyser (uitbarsting in een vijver) 2e Old Faithfull, cone geyser (kegel geiser)

Geisers.

Geisers zijn tijdelijke geologische kenmerken. De levensduur van een geiser is, hooguit slechts een paar duizend jaar. Geisers zijn over het algemeen geassocieerd met vulkanische gebieden. Als het water kookt komen daarbij grote krachten vrij. De daaruit voortvloeiende druk stuwt een kolom van oververhitte stoom en water door een nauw kanaal naar de oppervlakte.

De vorming van geisers vereist met name de combinatie van drie geologische omstandigheden die meestal worden gevonden in een vulkanisch gebied.

Intense hitte

De warmte die nodig is voor de vorming van een geiser komt van het magma. Het magma moet vlak onder het aardoppervlak zitten. Ondergronds is de druk hoger dan aan de oppervlakte. Hierdoor heeft het verwarmde water een veel hoger kookpunt.

Water

Er moet water zijn dat wordt verhit. Het water dat door een geiser wordt uitgespoten moet, in de aardkorst, door ondergrondse diepe, hydrofoor spleten naar boven worden geperst.

Een soort sanitair systeem

Om het verwarmde water als geiser te laten uitbarsten is een soort sanitair systeem vereist. Dit omvat een reservoir om het water vast te houden terwijl het wordt verwarmd. Het sanitair systeem bestaat uit een stelsel van breuken, scheuren, poreuze ruimten en soms holten. Vernauwingen in het systeem zijn essentieel voor de opbouw van de druk voor een uitbarsting.


Soms zijn de ondergrondse kanalen zo nauw dat de luchtbellen niet omhoog kunnen borrelen. Het koele water is net een soort stop en drukt het warme water naar beneden. Het koude water is net een deksel van ondergrondse snelkookpan en soms houd het deksel het niet meer. Op een gegeven moment wordt het water zou heet en neemt de drukt zo toe dat de luchtbellen dan een deel van het water omhoog duwt. Boven de grond ziet men het water over de rand van de geiser stromen. Een uitbarsting van een geiser wordt altijd vooraf "aangekondigd" doordat er water over de rand van de geiser stroomt. Doordat de hoeveelheid water in de geiser afneemt, vermindert daarmee ook de druk van de bovenliggende waterkolom. Hierdoor geraakt het proces beneden in een stroomversnelling.

Er kan steeds meer water en stoom omhoog komen en op een gegeven moment spuit het onder grote druk staande water omhoog. Aldus ontstaat een geiser.

Er spuit tijdens de eruptie meestal meer en sneller water uit de geiser dan dat er beneden onder de grond in het waterreservoir kan instromen. De temperatuur en de druk van het water neemt af en de eruptie stopt op een gegeven moment. Vervolgens begint het hele proces van opbouwen weer van voren af aan.

Bij sommige geisers (b.v. Old Faithful) duurt dit elke keer ongeveer even lang en de tijdstippen van erupties van deze geisers zijn dan ook redelijk goed te voorspellen. Andere geisers kennen daarentegen een veel onregelmatiger verloop. Zo spuit de Steamboat, de grootste geiser van de wereld, soms jaren niet en dan weer dertig keer per jaar.

Geisers zijn kwetsbare verschijnselen en wanneer de omstandigheden veranderen, kunnen ze "sterven". Veel geisers zijn vernietigd door mensen als gevolg van afval en puin in wat er in werd gegooid.

Gezien de regen was het onze bedoeling naar de West Intrance te rijden om te kunnen mailen en andere boodschappen te doen. We verlaten Old Faitful en gaan richting Madison. Al rijdend neemt de regen af en na 3 mile zien we een afslag naar Biscuit Basin. Het is daar één en al stoom en daarom stoppen we even op de parkeerplaats. Naast de parkeerplaats zijn al een paar geisers, niet indrukwekkend maar best leuk. De Rusty Geyser, nou deze is alles behalve rustig maar een kleine erg actieve geiser. Deze kleine geiser kreeg zijn naam voor zijn roestig, rood-gekleurde bekken rond zijn trechtervormige vent. IJzeroxiden zijn verantwoordelijk voor de kleuren. De temperatuur van de geiser is boven het kookpunt en dit kan een reden waarom het een gestage geiser is. Daar vlakbij de Dusty Geyser. Leuke namen trouwens Rusty en Dusty, net zoiets als Knabbel en Babbel.

Het regent bijna niet meer en de lucht breekt zelfs. We besluiten hier de geisers te bekijken. Biscuit Basin maakt onderdeel uit van de Upper Geyser Basin. Om bij de geisers te komen moeten we eerst via een brug de Firehole River oversteken. Dan krijg je een houten wandelpad en door dit te volgen kun je alle geisers en poelen goed bekijken. Het drupt nog een beetje maar de geisers zorgen ook voor de nodige waterdruppels. Wat een verschillende vormen zijn er. De een ziet er uit als een kegel en een ander is een soort gat in de grond. Overal pluimen met stoom en condenswater, vooral omdat het wat kouder is en geregend heeft.
Biscuit Basin is een compact gebied van kleine geisers en bronnen, aan de westkant van de Firehole River waar deze samenvloeit met Iron Spring Creek. Het is een korte trail van 800 meter maar wel leuk om te zien. De eerste
die we tegenkomen is de Black Opal Pool en de naam zegt het al. De bron doet wat grauw aan en door het weer wordt dat nog eens versterkt. De voornaamste bezienswaardigheid is de kristalheldere Saphire Pool. Het water is inderdaad saffier blauw. Door het weer is het allemaal stoom waardoor dit, helaas, niet goed te zien is. Dan de Jewel Geyser. Deze werd in het verleden, door de Hayden Survey, Soda Geyser genoemd op zich wel een toepasselijke naam. In 1887 werd de naam, door De Haag, veranderd in Jewel Geyser. Het is een geiser die regelmatig uitbarst in een serie van 1 tot 5 erupties. De Shell Geyser is een zeer onrustige geiser. Als de geiser stil is kun je in de krater kijken. Een lichtbruine mond en daaromheen een grijze stenige massa. De Avoca Spring. Tijdens een eruptie spuit het water alle kanten tegelijk op. Dan heb je heb je nog twee vlak bij elkaar liggende bronnen die samen de Mustard Springs worden genoemd.

De kleurige rand rond de geiser doet aan mosterd denken en daar hebben deze geisers hun naam aan te danken. De kleuren worden veroorzaakt door verschillende bacteriën. Het gebied komt een beetje onwerkelijk over, je hebt het gevoel of klopt er iets niet. Het idee dat je op een ander planeet bent want zoiets kan toch niet hier zijn. De snel stromende rivier op de achtergrond, de regen en dan de bubbelende en spuitende geisers waar de damp van af slaat. Het water dat uit de grond komt en waar jij je vingers aan brand. In dat water allemaal verschillende kleuren. Je moet over houten vlonders lopen want anders verbrand je, je voeten of je zakt door de korst. Het is en blijf een vreemde ervaring. Terug naar onze motorhome en verder richting Madison, naar de Fountain Paint Pots. Dit is in het Lower Geyser Basin en hier bevinden zich de Kaleidoscope en Fountain Group. Aan de overkant van de weg is de Thud Group. Eens kijken wat hier te zien is. Onderweg komen we weer in een file. Een hele kudde met bizons met kalfjes. Rustig kuieren ze over de weg om aan de overkant weer verder te grazen. Het is een imposant gezicht. We hebben ze vandaag al eerder gezien maar het blijft mooi. Zo’n kudde met op de achter-grond stoomwolken uit de geisers en daar weer achter de bergen met pijn- bomen. Sommige bizons liggen rustig te herkauwen. Anderen lopen al grazend verder en in een korte tijd lopen ze hele afstanden. Ze trekken zich niets aan van de auto’s en de toeristen. Schijnbaar zijn ze al die aandacht wel gewend. Omdat ze kalfjes hebben blijft iedereen in de auto zitten. Geen risico’s.

Bizon. In het Engels buffelo is een imposant dier om te zien, vooral de stieren met hun hoorns. Een volwassen mannetje kan een hoogte krijgen 1,80 m. en een gewicht hebben van 900 kilo. Als zoiets op je afkomt maak je weinig kans. Ze lijken log en traag maar dat is schijn. Ze kunnen een snelheid halen van 50km per uur, dus als ze kwaad zijn verlies je het. De koeien zijn wat kleiner en hebben ook kleinere hoorns.

Bizons hebben het erg moeilijk gehad in Amerika. Begin 1800 liepen er geschat 30 tot 65 miljoen op de vlakten van Noord Amerika. Alleen de indianen jaagden op deze dieren en doden alleen wat ze nodig hadden. Voor de indianen was de bizon hun belangrijkste voedselbron. Ze gebruikten niet alleen het vlees maar ze konden alles gebruiken, bijv. voor kleding en gereedschappen. Door de beperkte jacht van de indianen bleef de populatie in stand en kon zich nog uitbreiden. Hier kwam een eind aan toen de blanken in dit gebied kwamen. Ze werden geschoten om hun huid, en tong maar ook voor de kick. Zelfs vanuit treinwagons werd voor de lol op bizons geschoten. Ook werd er op de bizons geschoten om de indianen hun belangrijkste voedselbron te ontnemen. Het gevolg van het prijsschieten was dat er omstreeks 1890 minder dan 1000 bizons over waren in Noord Amerika.

In Yellowstone Nat. Park werd de bizon al beschermd maar desondanks werd deze toch bejaagd. Hier kwam een eind aan toen de U.S. Army in 1886 de bescherming van Yellowstone op zich nam. Een aantal kuddes uit Yellowstone werden verplaatst naar gebieden waar geen bizons meer waren. In 1954 waren er ongeveer weer 1500 st. in het park. In de winter van 1996-97 hadden de 3500 bizons het erg zwaar in het park. Meters hoge sneeuw eisten hun tol. Maart 1997 waren er nog maar 1200 tot 1500 dieren over. De bizon is binnen de parken beschermd, maar buiten de parken wordt nog steeds op hem gejaagd. Boeren zijn bang dat bizons veeziekten overbrengen op hun vee en het gras van de beef cows weg vreten. Door ook bizons in indianen reservaten uit te zetten kunnen bizons beter beschermd worden en de populatie zich uitbreiden.

Over de hele wereld zijn er nu ruim 350.000 bizons. Er zijn meer bizons in privé bezit (USA 244.00 / Canada 100.000) dat in de parken (USA 10.000 / Canada 3.000 / indianen reservaten 7.000). Tegenwoordig worden er ook veel bizons voor het vlees gefokt. Er zijn hele ranches met bizons voor de vleesproductie.

De kuddes die 2 eeuwen geleden over de prairies liepen zullen we echter nooit weer te zien krijgen.

De vele thermische bronnen van Yellowstone Lower Geyser Basin liggen verspreid over een gebied 5 bij 2 mijl en dan aan beide zijden van de Firehole River. Meestal in het weidse landschap maar er zijn ook meerdere groepen in de heuvels en op de grens, langs hogere bergen. De weg loopt langs de Fountain Paint Pots. De andere bronnen zijn via andere zijwegen te zien of via (lange) trails. De bronnen die wij gaan bekijken, de Fountian Paint Pots, worden het meest bezocht. Het zijn bronnen binnen de Fountain Group. Deze liggen aan de rand van Fountain Flats aan de westzijde van de weg. De parkeerplaats is klein maar omdat het weer niet zo geweldig is er nog voldoende ruimte.

De trail gaat ook hier weer over houten vlonders en heeft een lengte van 0,5 mijl. In het gebied waar de Fountain Paint Pots liggen is de natuur niet aantrekkelijk. Het is een wat naargeestig gebied met weinig vegetatie. De gassen gaan door de vele kleine openingen en geven luidruchtige zeepbel geluiden als ze door de door dikke kleiachtige modder naar boven komen. De meeste bronnen in dit gebied zijn kleurrijk zijn middelgroot en barsten vrij regelmatig uit.

Celestine Pool is een bron die een mensenleven heeft geëist. Zoals de meeste bronnen in Yellowstone benadert de water temperatuur het kookpunt. Als je hier in valt is er weinig hoop dat je het overleeft en helaas is dat iemand overkomen. Hoe ze aan de naam komen weet men niet. Het is een mooie bron met prachtig helder blauw water en het is net of weerspiegelt de (blauwe) lucht in het water.

De Silex Spring is een mooie blauwe warme bron. Soms zie je de stoom uit de openingen komen op de bodem van de bron. Warm water is een beter oplosmiddel dan koeler water. In dit water bevind zicht grote hoeveelheden opgeloste silica, het belangrijkste element van deze vulkanische gesteenten. Als het water afkoelt wordt calcium carbonaat in en om de bron afgezet. Het vormt terrassen langs de afvoer kanalen en geeft de bron zijn naam: Silex is Latijn voor silica. De kleuren in en om de bron komen van bacteriën, de zogenaamde thermophilis.

De samenstelling van de Fountain Paint Pots is sterk afhankelijk van de hoeveelheid regen en sneeuw. Bij veel regen lijkt het net of is de bron gevuld met soep. Als ze uitdrogen wordt de modder stroperiger en steeds dikker een dikker. De modder is samengesteld uit klei mineralen en fijne deeltjes van silica. In dit gebied bestaan de rotsen uit rhyolite, een samenstelling van kwarts en veldspaat. Door de zuren in de stoom en water breekt de veldspaat af en deze valt uiteen in een klei-mineraal genaamd kaoliniet. De activiteit van de Fountain Paint Pots is extra toegenomen na de 1959, de Hebgen Lake aardbeving. De afgelopen periode heeft het veel geregend in Yellowstone en begin juni is er nog sneeuw gevallen. De modderpotten waren daardoor ook waterig van structuur, het leek net een grote toverketel. Helaas geen toverdrank, was anders wel makkelijk geweest. De kleur van de modderpotten waren wisselend, de ene is grijs de andere meer roestbruin of een mix hiervan. Opvallend was dat een paar meter van de bron een jonge pijnboom stond. Hoe is het mogelijk dat deze hier wil groeien. In ieder geval heeft deze geen last van koude voeten (wortels).

Een stukje verder waren de stoomgaten of te wel de fumarole. Het gesis en het gebrul van een fumarole komt van gassen, stoom, koolstofdioxide, en een beetje waterstofsulfide. De schacht gaat tot diep in de aarde waar de rotsen door het magma verhit zijn. Wanneer water in contact met deze hete rotsen veranderd het in stoom. Het volume neemt 1.500 keer toe en de gassen worden door de druk ophoog geperst. In dit gebied zijn een aantal fumarolen, stoom ventilatieopeningen. Deze liggen voornamelijk op de hoger gelegen gebieden. In deze omgeving is heel duidelijk te zien dat het aard oppervlak en de hoeveelheid water bepalen wat er is. In de laagste en natste gebieden vind je de heetwaterbronnen en geisers. Dan krijg je de modderpotten en in de hoogste en droogste gebieden vind je de fumarolen.

Leather Pool dankt zijn naam aan de dikke bruine bacteriële mat die vaak wordt gevonden in lauw warm water.

Red Spouter lijkt op een kleine geiser, maar het is eigenlijk een fumarole die soms helmaal gevuld wordt met een plas water.

Red Spouter, is ontstaan na de Hebgen Lake aardbeving, vertoont het gedrag van fumarolen, hete bronnen en mudpot. In het voorjaar en de vroege zomer is de bron gevuld met modderig water dat soms een rode tint heeft. Vandaar ook de naam. Later in de zomer en herfst, wanneer het waterpeil lager is wordt de Red Spouter een sissend fumarole.

Jet Geyser barst elke 7 tot 30 minuten uit tot een hoogte van 20 voet. Het uitbreken gebeurt door ten minste vijf openingen in een langwerpige kegel. De geiser staat in verbinding met de Fountain Geyser waardoor de uitbarstingen vaak gelijktijdig plaats vinden.

Fontein Geyser is een mooie geiser. In rust ziet de Fountain Geyser eruit als een kalme blauwe warmwaterbron. Zijn 30 minuten lange uitbarstingen kunnen een hoogte bereiken van 75 feet of meer. Het zijn zeer energieke uitbarstingen en het lijkt op explosies die alle kanten opgaan. Toen wij er waren ging de geiser zonder waarschuwing uitbarsten en het was prachtig om te zien. Het is ook de meest actieve geiser in dit gebied. Uitbarstingen om de 4 tot 15 uur.

Morning Geyser is de grootste geiser in dit fontein gebied en een van de grootste geisers in de wereld. Helaas is het zelden actief. De laatste periode van de activiteit was in 1994 en duurde een week.

Clepsydra Geyser is een vrij vaak uitbarstende geiser soms tot 45 meter. De naam Clepsydra is Grieks voor water klok, en werd gegeven omdat de geiser regelmatig, om elke drie minuten, uitbarstte. Na 1959, de Hebgen Lake aardbeving, barst de geiser bijna constant uit. Soms stopt de uitbarsting als gevolg van een uitbarsting van de nabijgelegen Fountain Geyser. Deze vrijwel constante geiser spuit uit verschillende openingen en de stoom zie je over het hele basin.

Sizzler is een kleine geiser van vrij recente oorsprong. Een paar jaar geleden kwamen er barstten en scheuren in de sinter (korst van calciumcarbonaat. Recentelijk is er een krater ontstaan. Het is interessant om de verandering te volgen van wat eerst leek op vaste grond wat veranderd in een gapend gat. Dit is een van de gevaren als men in de geiser stroomgebieden afwijkt van het parcours. Je weet nooit wanneer er een nieuw gat zal ontstaan.

Deze pijnbomen zijn pioniers die het niet overleven. Na het ontkiemen zijn ze goed gegroeid. Het begon een bos te worden met humus etc. tot ze verdronken. Dit als gevolg van het verschuiven van de bronnen. De silica is ook doorgedrongen tot de bomen en verhardt de stam en bast met als gevolg dat ze dood gaan.

Hier en daar groeien toch planten of doen daar tenminste een poging toe. Ze staan met hun voeten in het warme water. Hoe is het mogelijk dat ze dit kunnen overleven. De planten die we hier zien lijken op een soort weegbree. In tegenstelling met de weegbree bij ons heeft deze hele smalle bladeren.

Het is een leuke trail te lopen en zeer afwisselend, modderpotten, stoomgaten, geisers, warmwaterbronnen, kleuren door bacteriën etc. Alles is hier te vinden. Terug naar de camper en we komen op de parkeerplaats. Het weer wordt steeds beter en in de verte wordt de lucht al weer blauw. Dat is ook te merken op de parkeerplaats. Het is inmiddels veel drukker geworden en er staat ook een ouderwetse Yellowstone bus. Waarschijnlijk kun je met deze bus een trip boeken. Echt een oud ding een heel verschil met de andere Amerikaanse auto’s die op de parkeerplaats staan. Over het dak is een soort doek gespannen en als het mooi weer is kan dat er af. Omdat het weer aanmerkelijk verbeterd is passen we onze plannen weer aan. Niet naar de West Intrance maar weer terug richting Old Faithful. Onderweg zie je grasvlaktes met soms verhogingen waar de stoom uit de grond komt. Sommige stukken zijn erg drassig en andere stukken staan onder water. Het water stroomt naar de Tangled en White Creek. Het water vloeit over de grassprietjes en op de wat drogere plekken komen orchideeën tevoorschijn. In de verte zien we een stomende heuvel en auto’s rijden. Dat is de White Dome Geyser. We binne hjir no, dus mar efkes sjen. “ we zijn hier nu dus maar even kijken” Het is inmiddels als een gevleugelde zin bij ons geworden. De White Dome Geyser ligt langs de Firehole Lake Drive.

Dit is een eenrichtingsweg en gelukkig gaan we de goede kant op. Vanuit de auto de geisers bekijken. Ideaal voor de Amerikanen, kunnen ze lekker blijven zitten.

Langs deze weg liggen veel geisers en heetwaterbronnen die in een aantal groepen opgedeeld zijn o.a. Serendipity Group, White Creek en White Dome Group, vervolgens de Pink Cone Group en als laatste de Firehole Lake Group. We gaan maar een aantal bekijken en dan weer richting Old Faithful. De weg eindigt weer aan de Grand Loop Road.

Het is een mooie rit, rechts heuvels met bossen en links grasvlaktes, met waterstroompjes en langs de weg enkele bronnen. Allen de bronnen langs de weg gaan we even bekijken en dan voornamelijk de bronnen in de White Dome en Firehole Lake Group. Als je de andere bronnen wil bekijken heb je meer tijd nodig. De eerste die we voorbij komen is de Firehole Spring. Deze bron borrelt voortdurend. Vroege ontdekkingsreizigers vonden dat de grote luchtbellen eruit zagen als vuur- of lichtflitsen, vandaar ook de naam. Ook de naam van de weg die we rijden komt van deze bron. Van de combinatie Firehole River en Firehole Lake hebben ze Firehole Lake Drive gemaakt. De volgende is de Surprise Pool. De bron barst uit of begint plotseling te koken, surprise, en hier heeft de bron zijn naam ook aan te danken.

Het is een zeer hete bron, één van de warmste in het park, bijna 100 graden C. Door de hoge temperatuur kristalliseert het opgeloste calciumcarbonaat ook sneller en met name langs de randen. Daardoor heeft deze mooie diepe blauwe bron een soort overhangende rand van sinter. Vroegere bezoekers gooiden zand in de bron om uitbarstingen uit te lokken. Gelukkig heeft niet geleid tot verstoring van de bron of permanente schade. Bronnen zijn echter gevoelig voor veranderingen.

De Great Fountain Geyser is een grote geiser. Het is onzeker wanneer deze geiser uitbarst. Hierdoor en door zijn schoonheid waren vroege ontdekkingsreizigers zo enthousiast over deze geiser. Uitbarstingen zijn er ongeveer tussen de 9 en 12 uur. Dit is de tijd die nodig is omdat de bron zich langzaam weer vult met water. Bij uitbarstingen kan het water dan 30 tot 60 meter hoog komen. De geiser is omgeven door cirkelvormige plateaus, die lijken op kleine vijvers. Bij de uitbarstingen overstromen deze plateaus. Toen wij er kwamen was er net een uitbarsting geweest, jammer. Toch hebben we wel een indruk gekregen van het geheel. Het geheel is heel groot en is bijna niet op de foto te krijgen.

White Dome Geyser is een opvallende kegel geiser, en ligt op een paar meter van Firehole Lake Drive. De 4 meter hoge conus is een van de grootste in het park. Haar vent, (krater / opening) is slechts 4 cm in doorsnede. De geiser heeft de opening zelf bijna helemaal afgesloten door het afzetten van sinter. Wij zien een grote rots die wit uitgeslagen is en het lijkt net of staat deze boven op een zandduin. Boven rookt het een beetje. De natuur blijft ons verbazen, dat door opgeloste mineralen die na een uitbarsting afkoelen zoiets kan ontstaan. Het is en blijft verbazend, vooral de verscheidenheid. Een uitbarsting hebben we niet gezien maar we lezen dat deze nog moeilijker te voorspellen zijn dan bij de Great Fontain Geyser. Ze variëren van 10 minuten tot 3 uur en duren meestal 2 tot 3 minuten en bereiken een hoogte van ongeveer 30 voet (9,1 m). De maximale hoogte wordt in het begin van de uitbarsting bereikt. Een afbeelding van de White Dome Geyser werd gebruikt als een embleem voor de oude Yellowstone Bibliotheek en Museum Vereniging, nu het Yellowstone Association.

Het stuk waar stuk waar we nu door heen rijden ziet er weer heel anders uit. Het ligt in een laagte en dat is duidelijk te zien. We steken de Trangled Creek over en het is hier veel natuurlijker. Veel water; het is heel drassig en overal stroompjes met water. Op de drogere stukken en langs de weg bloeiende planten. Hele velden met roze orchideeën maar we kunnen er niet bij komen want dan moet je laarzen aan hebben. Gelukkig staan er een paar naast de weg en krijg ik ze zonder natte voeten op de foto.

Verderop passeren we de Pink Cone Geyser maar daar hebben we niet veel van meegekregen. Later op een plaatje blijkt ook dat het maar een kleine lage cone geiser is, dus geen wonder dat wij hem over het hoofd hebben gezien. Het is trouwens ook niet erg één te missen we hebben of gaan nog genoeg zien. Bij de aanleg van deze weg, in 1930, hebben de wegenbouwers de weg bijna over de kegel van de geiser gelegd. Vreemd maar dat heeft weinig invloed gehad op de uitbarstingen van de geiser. De kleur van de kegel is afkomstig van kleine hoeveelheden mangaanoxide in het water. De geiser heeft hier zijn naam ook weer aan te danken.

Verderop passeren we Firehole Lake, wat we overslaan en we stoppen op de parkeerplaats bij Steady Geyser en Hot Lake. Steady Geyser is niet echt een geiser zoals de naam impliceert maar een perpetual spouter (eeuwigdurende spuiter). Perpetual spouters zijn bronnen waarvan het water voortdurend de lucht in schiet zonder te stoppen om op te laden. Uitbarstingen van deze bronnen zijn niet hoog. Het was eens s’werelds grootste “permanente spuiter” maar de kracht is de afgelopen jaren aanmerkelijk minder geworden. Momenteel spuit de bron uit beide openingen in hoogtes die variëren van 1 tot 8 voet (30 cm. tot 2,40 m.). Ook hier weer houten vlonders rond de geiser. Door het weer, de temperatuur van het water en de luchtvochtigheid is het een en al mist. Op sommige momenten verdwijnen de toeristen in een wolk van damp. Het water bevat veel opgeloste mineralen zoals mangaanoxide en silica. Dat veroorzaakt een grauwe kleur en travertijn afzettingen.

Het basin, waar de geiser zich bevind, heet Black Warrior Lake. De naam is het gevolg van de mangaan oxidatie in dit “meer”, wat zorgt voor zwarte afzettingen onder water. Vanuit de Black Warrior Lake stroomt het water door de Hot Cascades naar Hot Lake. Nou je zou van al dat hot er zelf hot van worden. Van af een bruggetje hebben we een mooi uitzicht op de stroom versnellingen(-kjes) van de Hot Cascades. De damp golft om ons heen, jammer dat we hier overdag zijn. Als je hier in de avond bent zal het wel een vreemde ervaring zijn, een beetje spooky. Vanaf het bruggetje zijn ook heel goed de bacterie matten te zien. Het lijkt op bruin breigaren wat als een vloerkleed op de bodem ligt en mee beweegt in het stromende water.

Terug naar de parkeerplaats. We gaan weer verder. Het was de moeite waard dat we dit extra uitstapje even hebben gemaakt. Op de heenweg hebben we een stuk gezien waar warm water vanaf een rotswand in de rivier liep. Gevolg allemaal stoom. Dit willen we wel eens van dichterbij gaan bezien.

De geisers in dit gebied vallen onder de Midway Geyser Basin.

Vanaf het parkeerterrein gaan we over een grote houten brug, waaronder de Firehole River stroomt, naar de bronnen. Het is een trail van ongeveer 800 meter en voor het grootste gedeelte gaat deze weer over een houten wandelpad.

We slaan rechtsaf en zien de Turquoise Pool. De 1878 Hayden Expeditie noemde deze bron Turquoise Pool als gevolg van de opvallende melkachtige witte bodem. Kleine mineralendeeltjes in het water zorgen voor een apart kleurenspel. De bron heeft geen duidelijk overloop kanaal, in plaats daarvan wordt het water afgevoerd via kwel. Wel is er een ondergrondse verbinding met Excelsior Geyser. Een stukje verderop is de Opaal Pool. Een bron die tot aan de rand vol staat met water en deze doet zijn naam ook eer aan. Ondanks het weer kleurt de bron prachtig blauw. Een van de hoogtepunten van dit gebied is Grand Prismatic Spring. Het is de grootste warmwaterbron in de Verenigde Staten, en de derde grootste in de wereld, naast die in Nieuw-Zeeland. Deze enorme ovale heetwaterbron 370 feet (110meter) breed en 120 feet (35meter) diep, die omringd wordt door buitengewoon kleurrijke stroken van algen en travertijn terrassen. Met daar tussen door golvende kanalen, waardoor het uiterlijk, van boven eruit ziet als van een gigantische blauwe ster. De levendige kleuren in het voorjaar zijn het resultaat van gepigmenteerde bacteriën in de microbiële matten die groeien rond de randen van het mineraalrijke water. De bacteriën produceren kleuren variërend van groen naar rood. De kleur in de microbiële matten hangt af van de verhouding van chlorofyl en carotenoïden (kleurstoffen).

In de zomer, zijn de matten meestal oranje en rood, terwijl ze in de winter meestal donker groen van kleur zijn. Het centrum van de bron is steriel, dit is te wijten aan extreme hitte. De diepe blauwe kleur van het water in het midden van de bron is het resultaat van een licht-absorberend effect. Dit effect vindt plaats bij alle grote bronnen maar bij de Grand Prismatic Spring bijzonder intens. Dit komt door de hoge zuiverheid en de diepte van het water in het midden van de bron. De heetwaterbron bubbelt constant en de beekjes van warm water vormen wolken van warme nevel. Als het bij bijna windstil weer is, zie je het ene moment de bron en het volgende moment is de bron verdwenen. Het is net een betovering of een groot podium waar ze kunst mist opwekken, heel mysterieus.

Ook de kleurvlakken in het water en het lijnen spel van de waterstroompjes maken van deze bron een kunststukje.
























De Excelsior Geyser was voorheen de grootste geiser op aarde. Meer dan 100 jaar geleden hebben een aantal krachtige uitbarstingen een gaslekkage veroorzaakt. Hierdoor is veel van de thermische energie verloren gegaan. Op een informatie bord lezen wij dat duizenden jaren geleden in de afvoerkanalen van de Grand Prismatic Spring lagen van bacteriën leefden. Deze bacteriën werden levend begraven door een korst van mineralen uit de bron. Hierover heen kwam weer een nieuwe laag met bacteriën enz. Door de explosie in het verleden zijn de lagen bij de Excelsior Geyser goed zichtbaar geworden. Door het kokende water binnenin de bron gaat Excelcior Geyser gehuld in een dikke laag stoom. De diepe blauwe bron produceert tot maximaal 4.000 liter water per minuut. Het warme water stroomt door verschillende kleurrijke afvoerkanalen over een helling naar beneden in de Firehole Rivier. Heel mooi om te zien en met name de verscheidenheid en de kleuren zijn verbazend.











Het was ons niet opgevallen maar van de 3 belangrijkste geiser gebieden in Yellowstone heeft de Midway Group de minste thermische eigenschappen. Nu we het lezen klopt dat wel maar we zijn toch blij dat we de geisers en bronnen hebben gezien. Wat ons wel opgevallen is dat heel veel geisers en bronnen geconcentreerd liggen in de nabijheid van de Firehole rivier. We boffen: het wordt prachtig mooi weer. De zon schijnt volop en het is lekker korte broeken weer. Wel wordt het veel drukker, dat is wel een nadeel van Yellowstone, heel en heel veel mensen. Niet vervelend maar sommige plekken zijn erg druk. Weer op weg richting Old Faithful en daarbij passeren we het Black Sand Basin. Even stoppen om te kijken. Hier is maar een kleine parkeerplaats en het is erg druk. Met veel moeite vinden we een plaatsje en gaan op weg.

Black Sand Basin maakt net als het Biscuit Basin onderdeel uit van het Upper Geyser Basin. De trail heeft een lengte van 800 meter en daarom een mooie korte loop om even mee te nemen. Dit basin is vooral bekend om de Emerald Pool. Echter dit basin heeft een kleine verzameling aan juweelachtige geisers en kleurrijke heetwaterbronnen. Daarvan is de diepe Emerald Pool de bekendste. Black Sand Basin heette oorspronkelijk de Emerald Groep. Begin 1900 begonnen toeristen dit gebied Black Sand Basin te noemen. Dit vanwege de kleine fragmenten van obsidiaan (vulkanisch glas) zand op bepaalde plekken in het bekken. Je kunt een pad volgen om geisers en bronnen te bekijken maar ook links en recht van de toegangsweg naar de parkeerplaats zijn een aantal bronnen.

Cliff Geyser is genoemd naar zijn rots-achtige muur van geyserite gevormd rond de krater en om zijn ligging aan de rand van Iron Spring Creek. De geiser is onregelmatig in zijn uitbarstingen en heeft intervallen van een half tot 18 uur. Als de geiser actief is zijn er meestal een of twee uitbarstingen per dag. Er zijn ook periodes van rust, van weken of mogelijk zelfs jaren. Een indicatie van een uitbarsting is, als de krater zich vult met bijna kokend water. De uitbarstingen zijn net ontploffende waterstralen van 5 tot 13 meter hoog. In het eerste half uur bereikt de uitbarsting zijn hoogste punt. Daarna neemt de uitbarsting geleidelijk af omdat de krater leegloopt. De uitbarsting wordt gevolgd door een enorme hoeveelheid stoom. Prachtig om te zien ook omdat het water wegloopt in de er naast lopende beek. Rainbow Pool meet 33 bij 42 meter en is ongeveer 9 meter diep. De randen van deze pool hebben de kleur van de regenboog, vandaar ook de naam. Algen en cyanobacteriën zijn verantwoordelijk voor de gevarieerde kleuren. Uitbarstingen van deze bron zijn zeldzaam. De laatst bekende uitbarsting was in 1973. De beroemde Hankerchief Pool, gelegen langs de zuidelijke rand van Rainbow, was in begin 1900 heel populair als zwembad en als wasmachine. Toeristen duwden zakdoekjes aan het ene uiteinde van de bron onder water. Stromingen trokken de zakdoekjes mee. Later kwamen ze aan de andere kant , schoon, naar boven. Door dit en andere zaken raakte de bron in 1929 beschadigd. Het is nu een kleine geiser en ontoegankelijk vanwege microbiële matten. Er zijn ondergrondse verbindingen met Rainbow Pool en Green Spring.

Sunset Lake is een thermisch ondiepe bron met een zachte bodem en met sinter van gele en oranje bacteriën en algen langs de randen. In 1959 veroorzaakte een aardbeving een de golf van warm water. Dit te warme water doodde de bacteriën en algen in de afvoerkanalen. Sunset Lake heeft, sinds 1959, af en toe nog een uitbarsting. Vandaag hebben we al veel bronnen gezien maar ondanks dat blijft het mooi, wat een verscheidenheid. Niet alleen wij maar ook andere toeristen zie je genieten. De volgende die we gaan bekijken is de Emerald Pool.

Emerald Pool is de meest kleurrijke en beroemdste bron in het Black Sand Basin. Met z’n diepe smaragd groene kleur en de gele en oranje franjes als buitenste ring is de bron een juweel in dit gebied. Nou dat klopt, de kleuren zijn prachtig. De damp komt er vanaf en je ziet de weerspiegeling van de lucht en de omgeving in het water. De kleur is het resultaat van een lagere temperatuur, 154,6 graden Fahrenheit, waardoor gele bacteriën en algen kunnen groeien en die zorgen voor de bekleding van de bron. Het heldere water van de bron weerspiegelt de blauwe kleur en absorbeert de andere kleuren van het kleurenspectrum. De combinatie zorgt voor de prachtige groene uitstraling. De buitenste ring is een rand van geel en oranje. Hier is de temperatuur van het water koeler, wat zorgt voor andere bacteriën en algengroei. Dit was echt genieten met bewondering hebben we staan kijken. Op de terugweg kijken we, op afstand, nog even bij een paar bronnen vlak bij de parkeerplaats. Men denkt dat de Spouter Geyser een continu geiser is geweest. Ook nu barst de geiser nog regelmatig uit, met korte intervallen van 1 tot 2 uur. De (fontein)geiser barst uiteen in bad van golvend blauw water. Het water heeft een temperatuur van ongeveer 200 graden Fahrenheit. De krater, gevormd van sinter heeft ingewikkelde geschulpte randen als een rozet van kralen. Er is geen ondergrondse verbinding met een andere bron. Het water vloeit af naar de Opalescent Pool. Opalescent Pool is een kleurrijke bron welke een koelere temperatuur heeft dan de andere thermische bronnen in het Black Sand Basin. Vroeger was Opalescent een kokende bron, omringd door kleinere meren en poelen. Begin 1950 was het bijna een droge bron. Toen begon het water van de Spouter Geyser over te lopen naar Opalescent Pool. Het gevolg was dat de omgeving overstroomde. Nu staan daar in de buurt allemaal bomen die gekookte wortels hebben en langzaam afsterven. Sommigen zijn helemaal wit. Silica is neergeslagen op het dode boomstammen en creëert de witte skeletten van bomen Het lijkt spookachtig. Veel bomen zijn dood, vallen om en men laat ze gewoon liggen. De silica, een niet-kristallijne verbinding, impregneert langzaam het hout en door de afwezigheid van zuurstof versteend het hout. Opalescent Pool biedt een prachtig contrast in zijn natuurlijke omgeving van witte skeletten te midden van een regenboog gekleurde bron.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten