donderdag 15 juli 2010

Yellowstone (Norris - Mammoth Hot Springs)

Woensdag 24 juni 2009

Boiling and bubbeling.

De camper staat tussen hoge dennenbomen. Het blijft lang donker. Gisteravond was bijna het hele bos blauw van de rook. Bijna iedereen maakt hier een kampvuur of is aan het barbecueën. Ze kopen het hout, terwijl hier allemaal dood hout voor het oprapen ligt. Waarschijnlijk helpen deze vuurtjes tegen beren, want we hebben er geen een gezien. De (tent) kampeerders mogen hun eten niet in de tent bewaren maar moeten dit in een bearbox stoppen. Deze ijzeren box staat een eindje van de tent, met een hangslot zodat de beren er niet bij kunnen. Als rangers een koekenpan, of eten buiten de tent zien of vinden krijg je een bekeuring van enkele honderden dollars. Het was een koude nacht, temperatuur ongeveer tussen de 3-5 C. Boven in de dennen heeft het gevroren. De temperatuur gaat al weer wat omhoog waardoor het ijs van de takken smelt en in brokjes en druppen op de camper valt. Ook zien we verschillende tentjes staan, nou die kampeerders zullen het wel koud hebben gehad. Ze staan nu voor de tent te kleumen en zijn water aan het koken op een gasstelletje. Gelukkig voor hen, maar ook voor ons, de zon schijnt alweer en als we rijden is het al snel weer een prettige temperatuur.


De wegen in Yellowstone hebben de vorm van het cijfer 8. De eerste 2 dagen bekijken we de bovenste helft. Vandaag halverwege de acht, richting Norris. Deze 12 mijl lange weg wordt de Norris Canyon Road genoemd. Het is de weg die de Grand Loop Road van west naar oost met elkaar verbindt. Hier rijden we naar toe over een mooie weg. Veel bos en af en toe een open stukje met gras. Ook staan hier veel dode bomen. Het jonge groen groeit eronder, maar al dat dode hout is deprimerend. In 1988 zijn hier grote bosbranden geweest. Zó lang duurt het dus voordat zoiets zich heeft hersteld. En het zal nog wel een aantal jaren kosten voordat het helemaal weer begroeid is. Bosbrand is iets ergs, het is verwoestend.

Toch is de natuur ook sterk en heeft een groot aanpassend vermogen. De kampvuurtjes worden ook allemaal in een grote ijzeren bakken gestookt. Er wordt wel gecontroleerd of de vuurtjes wel uit zijn.

Vanaf 1 jan. 2009 tot 13 sept. 2009 zijn er 20 bosbranden geweest, waarvan er op 6 oktober nog 4 in brand stonden. De meeste bosbranden warden veroorzaakt door bliksem inslag en 3 branden zijn ontstaan door mensen. Dit jaar is er veel regen gevallen in Yellowstone met als gevolg dat de bosbranden geen grote schade hebben veroorzaakt. De nog actieve bosbranden hebben echter al 225 acres verwoest.

De verwoestende bosbrand van 1988. Grassen en planten groeiden in de vroege zomer, door het natte voorjaar, geweldig en produceerden veel gras. De zomer, de droogste sinds jaren, was kurkdroog en de grassen en planten gingen dood van de droogte en fungeerden later als tondel voor de verwoestende bosbranden. De eerste bosbranden braken uit en de National Park Service begon met de brandbestrijding. Door de extreme droogte, en de lage luchtvochtigheid (20%), was het niet mogelijk de branden onder controle te krijgen. Bijna 250 verschillende branden begonnen in Yellowstone en de omliggende nationale bossen tussen juni en augustus. Door de branden, wakkerde de wind aan als een vuurstorm, en blussen werd onmogelijk. Door de wind werden brandende stukken wel een mijl (1,6 km) weggeblazen waardoor nieuwe branden ontstonden. Branden jaagden door de kronen van de bomen met vlammen van meer dan 200 voet (60 m) hoog. Zeven grote branden waren verantwoordelijk voor 95% van de 793.000 acres (321.000 ha) van het totaal verbrande areaal. Tussen 15 juli en 21 juli, 1988 hadden de verspreide branden al 8500 acres (3400 ha) in Yellowstone verwoest. Met gebieden buiten het park was er al 99.000 acres (40.000 ha) verbrand. Tegen het einde van de maand liep het helemaal uit de hand. 20 augustus 1988 was de ergste dag van de branden. Meer dan 150.000 acres (61.000 ha) werd op de dag verwoest. Van het park is 36% verbrand door de bosbranden.

( 20 augustus 1988 de verbrande gebieden in het rood)


Totaal hebben 25.000 brandweermannen en militairen deelgenomen aan de brandbestrijding, tegen een kostprijs van 120 miljoen dollar. Op het hoogtepunt waren 9000 mensen ingezet met de bestrijding in het park. Zo'n 120 helikopters en fixed-wing vliegtuigen werden gebruikt om het inferno te bestrijden. Meer dan 100 brandweerwagens werden ingezet. Structurele brandweerwagens werden gebruikt om gebouwen en steden te beschermen. Kleinere Wildland brandweerwagens, geschikt voor ruw terrein, werden ingezet in het park. Op het eind hielp de eerste sneeuw met het blussen van de laatste branden. De brand heeft 67 gebouwen en andere objecten verwoest en voor miljoenen dollars aan schade veroorzaakt. Bij de brand zijn alleen 2 personeelsleden, die hulp verleenden bij de brandbestrijding, om het leven gekomen.


In tegenstelling tot de berichten zijn er zeer weinig dieren door de brand gedood. Slechts 36 herten, 12 elanden, 6 zwarte beren en 9 bizons zijn omgekomen. In de winter, na de brand, was er een hoge sterfte onder de hoefdieren. Dit was niet het gevolg van de branden en voedsel gebrek maar van de zeer strenge winter. Knaagdieren hebben het meeste geleden door de bosbranden als gevolg van hitte en rook. Ze konden niet gemakkelijk ontsnappen, maar door de brand was ook hun dekking weg waardoor ze het slachtoffer werden van roofdieren.

In 1944, ontwikkelde de US Forest Service, een reclame-campagne met behulp van een cartoon van een zwarte beer genaamd Smokey Bear. De bedoeling was het publiek bewust te maken dat alle branden schadelijk waren. Er werd een beeld gecreëerd dat de bosbranden hoofdzakelijk door mensen werden veroorzaakt. Dit klopt niet helemaal. Mensen veroorzaken gemiddeld 6 tot 10 bosbranden per jaar, terwijl 35 bosbranden worden veroorzaakt door de bliksem. “Smokey Bear” wordt nog steeds toegepast als waarschuwing voor mogelijke bosbranden.

De branden in Yellowstone veroorzaakten een mozaïek patroon, sommige gebieden waren ernstig beschadigd en andere stukken slechts marginaal en weer andere stukken waren nog volledig intact. Er waren drie belangrijke types van verbranding. Vanuit esthetisch oogpunt waren de kroonbranden de meest verwoestende branden die op veel plaatsen hele bossen (41% van al het gebied) hebben vernietigd. Gemengd vuur verbrandt zowel de boomkronen als de vegetatie op de grond of een variatie hiervan. Grond branden verspreiden zich langzaam over de grond, en vernietigen kleinere planten en dood plantaardig materiaal. Deze branden zijn langdurig waardoor veel bomen verloren gaan zonder dat de kronen beschadigd zijn. Het herstel van de brand begon vrijwel direct, met planten zoals het wilgenroosje dat een paar dagen na de brand al weer uitliep. De regeneratie in Yellowstone was over het algemeen zo volledig dat er geen nieuwe aanplant nodig was. Er was een overvloed aan wilde bloemen in de verbrande gebieden, vooral na twee tot vijf jaar na de bosbranden. De gemiddelde diepte van verkoolde bodem was slechts ongeveer een halve inch (14 mm), zo weinig zelfs dat wortels van grassen niet werden gedood door het vuur. Gevolg was een snelle regeneratie van het gehele ecosysteem.

Van de pijnboom, de meest voorkomende boom in Yellowstone, zijn heel veel bomen door het vuur dood gegaan. De pijnboom is laatbloeiend en produceert dennenappels die gesloten blijven waardoor de zaden zich niet verspreiden tenzij ze blootgesteld worden aan vuur. Onderzoek heeft aangetoond dat de beste zaadverspreiding, en hergroei, zich voordeden in gebieden met ernstige grond branden.

Populieren werden na de branden gevonden in de gebieden die werden gedomineerd door naaldbomen. Men dacht dat ze uitgelopen waren uit bestaande wortels in plaats van door zaadverspreiding. Echter jonge populieren verschenen, twee jaar na de brand, op een afstand van 9 mijl (15 km) van dichtst bijstaande staande bomen. Hieruit blijkt dus dat deze wel degelijk door verspreiding van de zaden zijn ontkiemd. De uitbreiding van de populieren na de brand was een gelukkige bijkomstigheid, aangezien deze bomen, voor de brand, steeds schaarser werden in het park. Dit is het gevolg als coniferensoorten blijven groeien en uiteindelijk andere boomsoorten verdringen.

Op weg naar Norris. Op een open stuk, langs de weg staat een bizon te grazen met op de achtergrond de Gibbon River. De weg is smal maar we kunnen de camper even kwijt. Rustig kijken en foto’s maken. Het beest is het wel gewend want hij graast rustig door.

We proberen er zo dicht bij te komen als we durven maar houden het toch maar op een respectabele afstand. Het is hun gebied en wij zijn te gast en dat is mooi genoeg. Verder hebben we respect voor deze kolos, hij zal maar een misse dag hebben. Het is een prachtig gezicht, op zo’n kleine afstand, dit grote dier hier te zien grazen. Je ziet ze wel op de televisie maar als je ze in het echt ziet is toch anders, indrukwekkender. In de verte lopen nog een paar en het zijn allemaal stieren. De koeien zijn met de jongen ergens anders. In deze tijd, voorjaar, zijn er veel jongere dieren en i.v.m. de veiligheid leven ze teruggetrokken. Na een poosje genoten te hebben gaan we weer op weg, het is niet zo ver meer tot Norris.

Dit gebied is genoemd naar P.W. Norris de tweede toezichthouder (directeur) van Yellowstone Nat. Park van 1877-1882. Hij was met name verantwoordelijk voor de aanleg van een aantal wegen in Yellowstone. Het Norris Geyser Basin heeft een grote verscheidenheid aan thermische bezienswaardigheden. Het heeft het heetste geiser bekken in het park. Ook is het gelegen nabij de noordwestelijke rand van de Yellowstone Caldera. Vanaf Mammoth Hot Springs loopt, door de rotsen in de ondergrond, een grote scheur naar Norris, en die kruist een andere scheur die oostwaarts loopt van Hebgen Lake naar Norris.

Door deze twee grote en diverse kleinere barsten kan water makkelijk naar beneden zakken, waar het wordt verhit en weer naar boven komt in de vorm van een heetwaterbron, een geiser, een modderpoel of een fumarole (stoomgat). Daarom is er in dit gebied zoveel thermische activiteit (zo warm) en is de omgeving voortdurend aan verandering onderhevig. In tegenstelling tot de meeste andere geiser stroomgebieden in het park, zijn de wateren van Norris zuur in plaats van alkalisch (bijvoorbeeld Echinus Geyser heeft een pH van 3.5). Het verschil in de pH zorgt voor een ander soort bacteriële thermophiles. Deze bacteriën creëren verschillende kleurpatronen in en rond de Norris Bassin wateren. Door de hoge zuurgraad is deze omgeving ook erg onaantrekkelijk voor planten en dieren. Als we zo rijden merkt Klaas op dat er verderop wel weer iets in brand zou kunnen staan. Boven de bomen een hoge rookpluimen. Als we bij Norris aankomen blijken de rookpluimen geisers te zijn. Dat hadden we ook kunnen weten, de rook was wit en van een brand is die grijs of zwartachtig. Het is te ruiken dat we bij de geisers zijn want het stinkt! Naar rotte eieren. Bij Norris is een ruime parkeerplaats en we kunnen de camper makkelijk kwijt. Het bekken bestaat uit drie hoofdgebieden: Porcelain Basin, Back Basin, en One Hundred Springs Plain.



Porcelain Basin, is een 2,5 km lange loop, welke we als eerste gaan bekijken en daarom lopen we richting Norris Geyser Basin Museum. Het is een erg mooi gebouw dat is gemaakt van hout en steen en het bevat een aantal bijzondere exposities. Bij het museum is een doorgang en kom je bij het Porcelain Basin.

Als je uit het gebouw komt loop je gelijk in de richting van een paar grote geisers, de Black Growler Steam Vent en Ledge Geyser, die daar staan te stomen. De Black Growler Steam Vent is een fumarole en heeft een stoom opening in de wand van de heuvel. De stoom heeft een temperatuur die varieert van 93 tot 138 C. Vlakbij ligt de Ledge Geiser, dit is de één na grootste geiser van dit gebied. Regelmatig, om de 14 uur, spuit deze geiser het water tot 40 meter schuin omhoog. Doordat de stoom/water er schuin uit geperst wordt spuit het soms wel 70 meter ver. We kijken rond en verbazen ons over het gepruttel en gesputter van de grond. Overal stoom, zo maar uit de aarde of uit een waterpoel. Vreemde kleuren en geuren. Ook veel witte geloogde boomstammen die door de bodemsituatie en de temperatuur dood zijn gegaan. We worden over een houten plankier rondgeleid. Je kunt hier niet op de grond lopen omdat de korst op sommige plekken heel dun is; je kunt er gewoon door heen zakken. Vreemd hoor. Geisers kunnen spontaan verdwijnen maar er kunnen ook zomaar nieuwe tevoorschijn komen.

Zo ook met Congres. Pool. In 1991 stond deze geiser en het bassin er omheen helemaal droog; in 2005 stroomde alles over. Congress Pool ziet er niet altijd hetzelfde uit, soms is het water bleek blauw van kleur, op andere dagen is het een kokende modderpoel.

Die verschillen worden veroorzaakt door de hoeveelheden water in bepaalde jaargetijden. De wandeltocht gaat over het plankier verder langs Porcelain Springs en de Hurrican Vent.

De naam van de Porcelain Springs komt door de kleur, het oppervlak doet porseleinachtig aan. Het mineraal, siliceous sinter (calcium carbonaat), wat tevoorschijn komt wordt hard en vormt een korst aan de oppervlakte. Deze korst wordt steeds dikker waardoor op een gegeven moment het water er niet meer doorheen wil. Door de druk zoekt het water ergens anders een zwakke plek waar het weer tot “uitbarsting” komt. Daardoor verandert dit gebied constant. Sommige stukken zijn briljant blauw van kleur en bevatten zouten met zwavel, arsenicum en het giftige boron. Siliceous sinter wordt ook wel geyserite genoemd groeit niet snel aan ongeveer, 2,5 cm per 100 j aar. Bij de meeste geisers kunnen we dit mineraal terugvinden in de cones en bergjes. Bij de meeste geisers en bronnen staan bordjes met de naam en dat is makkelijk om zaken te herleiden. De namen zijn soms heel toepasselijk en geven vaak al aan wat voor soort geiser of bron het is. Soms staan er ook informatie borden bij met uitgebreide tekst en uitleg.

Vervolgens langs de Constant Geyser een heel onregelmatige geiser en de Whirligig Geyser; een slapende geiser maar er stroomt nog wel heet water uit. De stroom water heeft allemaal verschillende kleuren, veroorzaakt door algen en bacteriën. De levendige kleuren zijn het resultaat van gepigmenteerde bacteriën en microbiële matten (micro organismen die met elkaar vergroeid zijn).

Deze groeien rond de randen van het mineraalrijke water. De bacteriën produceren kleuren variërend van groen naar rood en zijn afhankelijk van de temperatuur van het water en de verhouding van chlorofyl en organische pigment. In de zomer zijn de matten meestal oranje en rood, in de winter meestal donker groen van kleur. Het midden van het van de bron is steriel en dat is te wijten aan extreme hitte. Een thermofiele is een micro-organisme (oerbacterie ook bekend als archea) die gedijt bij relatief hoge temperaturen, tussen 45 en 80 ° C (113 en 176 ° F).


Sommigen bacteriën kunnen nog hogere temperaturen overleven tot 105 ° C. Hun membranen en eiwitten zijn ongewoon stabiel op deze extreem hoge temperaturen. Om in leven te kunnen blijven bevatten thermofilies enzymen die ook werken bij hoge temperatuur. Sommige van deze enzymen worden gebruikt in de moleculaire biologie en in wasmiddelen. Veel van de archea soorten (oer)bacteriën hebben zwavel nodig om te groeien. Bepaalde soorten zijn anaeroben en maken gebruik van zwavel in plaats van zuurstof om adem te halen.
Anderen gebruiken zwavelzuur als energiebron, daardoor is het noodzakelijk dat het micro-organisme zich aanpast aan de zeer lage pH(zuurgraad). Bij een temperatuur tussen de 140 en 181°F vormen de bacteriën kolonies en draderige matten (lijkt op golvend haar)die, variërend van licht- tot donkergeel van kleur zijn. Andere bronnen, beneden de 140°F zijn donkerbruin of rood van kleur, lijkt wel op roest water. Dat klopt ook wel want het water in de omgeving van Norris bevat ook veel ijzer. De bacterie en/of archea verbindt zich met het ijzer en vormt weer kolonies en matten. Deze “ijzer kolonies” bevatten vaak ook een hoge concentratie arsenicum. Hoe verder naar buiten hoe kouder het water. In dit water kunnen algen leven die chlorofyl bevatten welke ze nodig hebben voor fotosynthese. Ook passeren we de slapende, sinds 1997, Blue Geyser en de heetwaterbron Whale’s Mouth. Deze naam heeft de heet waterbron te danken aan de vorm die het heeft, de bek van een walvis. We gaan weer richting museum en lopen en steken de East Fork Tantalus Creek over en passeren Crackling Lake.


De naam voor Crackling Lake is in 1967 bedacht. Op de zuidelijk oever waren de ploppende geluiden te horen van ander bronnen. Door de weerkaatsing over het oppervlak van het bassin klonk het als kraken. Door de doorgang van het museum naar het Back Basin. Het wordt al drukker en we horen allemaal verschillende talen om ons heen. Opvallend veel Fransen, maar er zijn ook veel Japanners en Chinezen. Iedereen wil graag foto’s maken van de mooiste plekjes en het is heel opvallend dat iedereen meewerkt. Zodra je merkt dat iemand van iets een foto wil maken hou je daar rekening mee, je wacht even of doet een stapje opzij. Anderen doen dat ook bij jou en dat is bijzonder prettig.

Back Basin Loop Trail heeft een lengte van 3,2 km. Ook in dit gebied mooie brede wandelpaden, sommige verhard, andere over plankiers, af en toe met treden die naar boven of naar beneden gaan. De omgeving doet wat doods aan en dat komt omdat de beplanting hier niet kan overleven. Op sommige plekken stonden prachtige bomen tot plotseling het oppervlak scheurde en spontaan stoom of heet water uit de grond kwam. De bomen overleven deze verandering niet en gaan dood aan de hitte en aan het giftige water. Alleen de stammen staan er nog en zo te zien zullen ze er ook nog wel een poosje blijven.

Emerald Spring is de eerste die we voorbij komen, een heet water bron met een temperatuur tot 78°C. Aan de kleur van het water is te zien dat er mineralen in de bron zitten. De 8 meter diepe bron bevat ook zwavel, wat uit de ondergrond komt. Door deze mineralen zou het water blauw moeten zijn, echter door de weerkaatsing van de zwavel, aan de binnenkant, is het water in de bron prachtig licht smaragd (emerald green) gekleurd. Tegenwoordig is de bron erg rustig met af en toe wat bubbels en soms meer turbulentie tot een meter. In het verleden was de bron veel actiever, met uitbarstingen van 18 tot 23 meter.

Steamboat Geyser is de volgende en is de grootste geiser ter wereld. De geiser heeft soms lange periodes dat hij niet actief is. In het verleden waren er uitbarstingen tot hoogtes van 90 tot 115 meter. De laatste jaren is de geiser wat actiever maar de uitbarstingen zijn onvoorspelbaar. Er zijn uitbarstingen van 3 tot 40 minuten tot hoogtes van 3 tot 13 meter. Echte hoge uitschieters komen nog weinig voor. De Cistern Spring is sinds 1966 getransformeerd van een kleine, grauwe poel naar een grote, kleurrijke terrasvormige blauwe poel. Ondergronds is de Cistern Spring verbonden met Steamboat Geyser. Als deze uitbarst, staat Cistern Spring vrijwel helemaal droog. Het duurt dan ongeveer drie dagen voordat het water weer op het oude niveau terug is. Als de bron vol is gaat het water over de rand waardoor de wortels van de bomen in de omgeving onder water komen te staan. Door het warme water en het calcium carbonaat gaan de bomen dood. We hebben al heel wat bronnen en geisers gezien maar wat opvalt dat ze allemaal verschillend zijn. De geluiden, de kleuren, hoe ze spuiten, het pruttelen, en stomen etc. Het blijft verrassend en we genieten en verbazen ons over dit alles.Veel foto’s maken maar vraag me wel af of ik straks wel weet welke foto bij welke bron of geiser hoort. De natuur is complex en dat is heel leuk om te zien, maar wat ons betreft mag de geur van rotte eieren, wel een beetje minder. Dan volgt de Black Pit Spring. We lopen een paar trappen op en hebben een prachtig uitzicht over de volgende geiser.

De Echinus Geyser is een bijzonder geiser, die een paar keer per dag uitbarst. De poel vult zich met water en dan barst hij plotseling uit tot een hoogte van 12 tot 18 meter. Uitbarstingen van 4 tot 118 minuten. Een ander bijzonderheid is dat bij de uitbarsting niet alleen water maar ook allerlei mineralen mee omhoog worden gespoten.

Het gevolg is dat Echinus één van de zuurste geisers van de wereld is. Hij heeft een PH van 3.5 en is daarmee bijna even zuur als azijn en dit soort geisers zijn zeldzaam. De naam Echinus Geyser komt van zee egel die in verschilde vormen voorkomt in de oceanen.

De meest bijzonder geisers of heetwater bronnen hebben we wel gehad en omdat we een rondje maken passeren we nog een paar. De Arch Steam Vent, Mystic Spring, Puff ’n Stuff Geyser, Black Hermit Caldron en de Green Dragon Dragon Spring. Zoals de naam al aangeeft komt deze van het turkoois (green) gekleurde water, de stoom (dragon) en de zwavel in de holte van de bron (spring). De holte vult zich met warm water maar je moet geduld hebben om een glimp op te vangen van kokend groen water. Verder op weg en we komen nog een aantal bronnen en geisers voorbij zoals Blue Mud Stema Vent, Yellow Funnel Spring en de Porkchop Geyser. Deze geiser is in het verleden behoorlijk veranderd. Van een kleine hete bron die soms uitbarstte tot een continu spuitende geiser. Dit spuiten gaat met een grommend geluid gepaard dat in het museum (600m) nog te horen is. In 1989 is de geiser geëxplodeerd en brokstukken werden tot 66m weg geslingerd. Nu is het een rustige bubbelende warm waterbron.

In dit gebied lopen 2 riviertjes de Tantalus Creek en South Fork Tantalus Creek. De naam komt van de zoon van Zeus, uit de Griekse mytologie. Het azijn water is afkomstig van de Echninus Geyser, en de groene kleur komt door de thermophile algen. In Porcelain Basin hebben we de East Fork Tantalus Creek al gezien en nu de 2 andere. Al deze 3 creeks komen bij elkaar en komen uit in de Gibbon River die uiteindelijk overgaat in Madison River. Vervolgens zien we de Pearl Geyser. Deze geiser was al een poosje rustig en toen wij er waren en deed zelfs een beetje doods aan. De kleuren lopen wat door elkaar en duidelijk is te zien dat de algen hun best doen.

De eerste foto is van juni 2009 de 2e van juli 2004.






Deze geiser is soms erg onregelmatig. We hadden ook een plaatje gezien dat de geiser actief was. De kleuren zijn veel mooier en het water kan tot 8 feet hoog komen. Het is een groot verschil als een geiser regelmatig actief is of niet.

Daarna nog de Vixen Geyser, Corperal en Vetera Geyser en we worden nu wel een beetje geiser moe. De laatste geisers en bronnen zijn ook veel minder spectaculair dan de eersten die we vandaag hebben gezien. Daarom besluiten we het laatste stukje maar over te slaan en via het pad langs de Steamboat Geyser terug te gaan naar het museum. Onderweg komen we een parkwachter tegen op een zelfrijdende kruiwagen met daarin allemaal planken. Door het water, de warmte, de zuren etc. hebben de plankiers veel te lijden. Deze moeten goed onderhouden worden en vooral in Amerika met hun claim cultuur. Veel planten en dieren hebben we hier niet gezien zelf geen vogels. De omgeving is ook niet erg aanlokkelijk. Wel hebben we gelezen dat in de winter hier elks en bizons zijn. Begrijpelijk want door de bronnen is het hier warmer, is er water en is er voedsel want de planten blijven doorgroeien. Ook broedt er de killdeer, een soort plevier. Het nest ligt vaak open en bloot tussen de bronnen en geisers. Ook moeten er veel zwaluwen leven maar het is ons niet opgevallen. Die leven van de vele soorten insecten die daar ook moeten leven, wij hebben ze gelukkig niet gezien en er dus ook geen last van gehad.

We verlaten Norris en gaan richting Madison, naar Artist Paint Pot Area, het gebied van de artiesten fontein verfpotten. De Artists Paint Pots vormen samen een groep geïsoleerd liggende modderpoelen, die hun naam te danken hebben aan het feit dat ze allerlei pastelkleuren hebben. Ze maken onderdeel uit van de Gibbon Geyser Basin. Het is maar een kort ritje naar de locatie en het lijkt ons leuk dit te zien. We hebben er wat over gelezen en we zijn erg benieuwd om de modderpoelen te zien. De camper wordt op een ruime parkeerplaats neergezet, we drinken wat en gaan op weg. We lopen over een voetpad, dat in een jong dennenbos ligt, naar de mud pots. Modder- of verfpotten bestaat uit een poel van meestal borrelende modder. De modder is over het algemeen van wit tot grijs van kleur, maar is soms gekleurd met rood, geel of roze vlekken van ijzer verbindingen. Wanneer de modder bijzonder kleurrijk is spreekt men van een paintpot. Mudpots ontstaan bij hoge-temperatuur (185 F.) in geothermische gebieden waar water schaars is. Het beetje water dat beschikbaar is, komt aan de kook, en stijgt naar de oppervlakte meestal op een plek waar de bodem is rijk aan vulkanische as, klei en andere fijne deeltjes. In de vroege zomer, is de modder waterig door de hoge grondwaterstand als gevolg van regen en gesmolten sneeuw. Tegen het einde van de zomer is de modder veel dikker omdat het water verdampt. De modder is stroperig, vaak een soort borrelende slurry. De kokende modder spat vaak over de randen van de mudpot en vormt dan een soort van minivulkaan. De opgebouwde modder kan soms een hoogte bereiken van 3-5 meter. Waterstofsulfide (stinkt naar rotte eieren), stoom, koolstofdioxide en andere gassen ontploffen door de lagen van modder waardoor alles bubbelt en borrelt en het lijkt te koken.

Deze trail is ongeveer 1,2 km lang en makkelijk te doen. Aan weerskanten van het pad zien we een zeer gevarieerd landschap. Sommige plekken met gras en veel bloemen o.a. orchideeën; andere plekken wat kaal met gekleurde poelen en stroompjes. We komen over een soort riviertje waardoor warm water stroomt. Heel duidelijk zijn de algen soorten te zien.

Over vlonders lopen we op een cirkelvormig pad dat langzaam omhoog loopt. Als we boven komen hebben we een prachtig uitzicht over het gebied. Van bovenaf zijn de verschillende kleuren ook prachtig te zien. Heel afwisselend en ook kleurrijk, de naam Artist Paint Pots is dan ook terecht gekozen.

Als weer naar beneden gaan komen we een paar mudpots voorbij. Het valt ons wat tegen, minder spectaculair dan we gedacht hadden. Het pruttelt en bubbelt wel wat maar de modder spat maar minimaal. Ook zijn de modder kegeltjes nog klein. We hadden gelezen dat de modder soms 10 tot 15 meter omhoog wordt geslingerd maar toen wij er waren zouden we er een komma tussen kunnen zetten (of ze hebben de komma vergeten). We denken dat de modder te droog en te stug is. Toch hebben we een indruk gekregen van de modderpotten. Het is best wel een leuk gezicht het is net of sta je naar een grote heksenketel te kijken. De geluiden, kleuren en de geuren het is net een openlucht keuken maar dan zonder personeel, die zijn even weg. De kleuren waar ze het steeds over hebben komen niet van de mudpots maar meer van de water stroompjes met de bekende algen en de ijzer sporen die geoxideerd zijn. Maar weer terug naar de camper. Het wordt warm en we zijn blij dat we wat kunnen drinken. We rijden terug richting Norris en rijden dan door naar Mammoth Hot Spring wat onze volgende stop is.

We zijn goed en wel op weg of plotseling steekt een coyote de weg over en loopt een stukje voor de camper uit. Wij kijken of hij/zij achter een roadrunner aan zit maar helaas dat is niet het geval. Vol in de remmen, voor zover dat met een camper gaat, en proberen een foto te maken. Hij/zij blijft even staan en wij denken dat ze dat doet om op de foto te komen, maar nee hoor. De coyote steekt ons de gek aan, hurkt even en plast op de weg, nog even kijken en hup weer terug in het bos. Nou dat was een vreemde kennismaking en we zitten elkaar een beetje vreemd aan te kijken. Nog even goed kijken of er niet meer zijn maar helaas dit was het, dus weer op weg. Op weg naar Mammoth komen we langs de Twin Lake en Roaring Mountain. Daar stoppen we even maar het stelt niet veel voor. Het is een berg met een groot aantal fumaroles (stoomgaten) in of op de wand.

Een fumarole of stoomgat is een opening in aardkorst, vaak in de buurt van vulkanen. Onderweg naar boven, door kleine scheuren of langs lange kloven, ondervindt het verhitte water weinig weerstand. Hierdoor verdampt het direct en deze damp bereikt, samen met andere omhoog stijgende gassen (koolstofdioxide, zwaveldioxide, zoutzuur en waterstofsulfide) de oppervlakte vaak met een luid sissend geluid. De temperatuur van de stoom van Roaring Mountain is ongeveer 92 C.
Geologen Arnold Den Haag en Walter Weed hebben in 1855 dit thermische fenomeen Roaring Mountain genoemd. Den Haag verklaarde: "hij ontleent zijn naam aan de schelle, doordringende geluid van voortdurend ontsnappende stoom”. De stoom komt uit één of meer openingen in de buurt van de top, en op een kalme dag, of met een gunstige wind, kan het ruisen van de stoom door de smalle openingen duidelijk gehoord worden." Honderd jaar geleden, toen de berg z’n naam kreeg, waren deze stoomgaten veel krachtiger dan tegenwoordig. De naam Roaring Mountain is dan ook niet meer zo passend als destijds. We gaan verder en passeren de Garner River met daar vlakbij de 14 meter hoge Rustic Falls.

Even stoppen op een kleine parkeerplaats en hiervandaan kunnen we deze waterval goed zien. Niet spectaculair maar wel mooi om te zien. Op de parkeerplaats staan een aantal mensen met telelenzen. Hoog op een uitsteeksel van het klif heeft een raaf gebroed en de jongen zijn te zien maar daar is het ook mee gezegd. Nou die zitten daar veilig alleen met een klimuitrusting zijn deze te bereiken. We lopen een stukje terug over de weg en hebben een prachtig uitzicht over de vlakte waar we net langs zijn gereden. Op de achtergrond bergen met sneeuw, links op de voorgrond een klein stroompje, Yellowstone op z’n mooist.

Weer verder op weg en we komen in de buurt van Mammoth Hot Springs en vlakbij is een parkeerplaats waar we de camper kwijt kunnen. We gaan eten en pauzeren even voor dat we weer op weg gaan.

Bij Mammoth Hot Springs staan nog een aantal gebouwen uit de tijd dat Yellowstone de park status kreeg. Het betreft het Park Headquarters en een kapel en deze gebouwen zijn onderdeel van Fort Yellowstone. Op het moment dat Yellowstone de status van Nationaal Park kreeg, in 1872, bestond de National Park Service nog niet. Het park werd ernstig bedreigd door toeristen en jagers, die veel schade aanrichtten aan de flora en fauna. De civiele toezichthouders bleken niet bij machte dit tegen te gaan, en zij riepen de hulp in van het Amerikaanse leger. In 1886 kwam Captain Moses Harris met zijn manschappen naar het park. Gedurende de eerste vijf jaren leefden de militairen onder primitieve omstandigheden in tijdelijke gebouwen. In 1890 werd gestart met de bouw van Fort Yellowstone. Tot aan het jaar 1910 werd het Fort regelmatig uitgebreid, op gegeven moment leefden er 324 militairen in het park, sommigen samen met familie en met niet-militair personeel. De gebouwen hebben nu de status “National Historic Landmark”.

Travertijn terrassen. Deze zijn vooral te vinden bij Mammoth Hot Springs, en worden gevormd uit kalksteen (een gesteente gemaakt van calciumcarbonaat). In thermisch water, (heet water) lost het calciumcarbonaat gemakkelijk op. Door de druk stijgt dit water met de grote hoeveelheden opgelost calciumcarbonaat op, door de kalksteen naar de oppervlakte. Aan de oppervlakte koelt het water af . Hierbij komt kooldioxide vrij en kristalliseert het calciumcarbonaat tot travertijn, de kalkachtige witte rots van de terrassen. Bij Mammoth komt elke dag meer dan twee ton vrij aan opgeloste carbonaat. Daardoor veranderen de terrassen dagelijks van vorm. Algen en thermophiles (in heet water levende micro-organismen) leven in het warme water en veroorzaken gekleurd travertijn in de tinten bruin, oranje, rood en groen. Aan de kleur kun je zien hoe heet het water is. Geel in het heetste water en achtereen volgens oranje, bruin en groen in water dat steeds kouder is. Als er onder of boven de grond echter iets gebeurt, en er stroomt geen heet water meer over de terrassen, dan krijgen de terrassen de kleur grijs en verliezen hun schoonheid. Dit proces gebeurt continu. Sommige van de mooiste terrassen van vroeger zijn nu grijs en oninteressant. Het gebied is voortdurend aan verandering onderhevig, soms drogen bronnen op en verschijnen er weer nieuwe. Zo was Minerva Terrace enkele jaren geleden absoluut het mooiste deel van Mammoth Hot Springs.

Echter doordat er geen water meer over stroomt is het terras nu grauw en grijs. Momenteel zijn de kleuren het mooist bij Canary Spring. Hoewel de bronnen van Mammoth Hot Springs buiten de caldera grens liggen wordt hun ontstaan toegeschreven aan hetzelfde magmatische systeem als de andere geothermische gebieden in Yellowstone. In het verre verleden verzamelden de Shoshone indianen en Bannock people hier hun mineralen om witte verf van te maken.

De terrassen zijn in 2 groepen verdeeld, de Lower Terraces en de Upper Terraces. De camper hebben we op het parkeerterrein vlakbij de Upper Terraces geparkeerd en dus beginnen we daar. We zijn de enigen die lopen de rest rijdt dat rondje, van 1,5 km, met de auto. Als je loopt zie je veel meer en kun je hier en daar ook even blijven staan. Wat ons opvalt dat hier wel veel planten groeien en bloeien, echt een verademing in deze toch wel een beetje troosteloze omgeving. Op sommige plekken staat een zee van bloemen terwijl op een andere plek de grond bijna kaal is. Dit zal wel te maken hebben met de temperatuur van de grond en of er voldoende water is met voedingsstoffen waar ze van kunnen leven.

Angel Terrace is de eerste die we voorbij komen en die kan ons niet zo bekoren. Een paar wit uitgeslagen heuvels met een paar dode bomen en daar tussen enkele kleine dennen. Decennia lang was Angel Terrace droog en brokkelde het af. Sinds 1985 zijn, in delen van de formatie, een aantal hete bronnen weer actief geweest. Momenteel zijn de bronnen weer rustig.


White Elepahant's Back, is ontstaan uit in water opgelost calciumcarbonaat wat uit een scheur stroomde. Dit creëerde een opstaande langwerpige formatie wat lijkt op de rug van een olifant. Als je de rotsformatie uit een bepaalde hoek bekijkt kun je, je voorstellen hoe ze aan de naam zijn gekomen. De scheur is er nog steeds en is nu vrij klein. Toen wij er waren kwam er maar weinig water uit. .

Verder komen we voorbij Bath Lake. Deze bron was, toen de militairen hier waren, erg populair om in te baden, vandaar ook de naam. De bron droogde, als gevolg van de verstoring, op in 1926. De bron vulde zich weer na de Hebgen Lake Earthquake in 1959 tot 1970 toen het weer opdroogde. Thermale bronnen zijn fragiel en kwetsbaar en daardoor verandert hun activiteit. Toen is baden en zwemmen in de bronnen verboden.

Orange Spring Mound is prachtig om te zien. De bron stroomt langzaam uit verschillende openingen aan de top en zijkanten. In al die duizenden jaren heeft het calciumcarbonaat er een imposante de heuvel van gemaakt. Een bepaald soort bacterie is verantwoordelijk voor de opvallende oranje kleur.

Het calciumcarbonaat en de bacterie creëren een prachtig mozaïek. Als je om de heuvel heen loopt lijkt het geheel op het gezicht van een sombere man. Met dit soort creaties gaat de fantasie met je op de loop. Je kunt er heel dicht bij komen waardoor je heel duidelijk kan zien dat alles opgebouwd is door calciumcarbonaat. De afzetting ziet er geribbeld uit en je ziet het water erover heen lopen. Ook zijn heel duidelijk de draden, vlokken en plukken van oranje bruine bacterie kolonies te zien.

De New Highland Terrace is in 1950 ontstaan en sinds 1980 weer inactief. Prospect Springs was een paar jaar vlakbij de weg actief, maar momenteel veel minder en de activiteit verschuift, van de weg af, naar de bomen.

Op het eind komen we bij de overlook en hebben we een uitzicht over de Lower en Main Terrace. Hier staat een informatie bord met veel informatie over het gebied en wat er te zien is. Je kan echt zien dat je op een hoogte staat die zich de afgelopen duizenden jaren zich heeft opgebouwd. Het lijkt net een plateau met op het eind een afgrond. Het uitzicht doet wat doods aan, grijze en witte rotsen met daar tussendoor houten voetpaden. Hier en daar zie je wat gekleurde vlekken, wat water is met daarin de bacteriën die verantwoordelijk zijn voor de kleuren. Op de achtergrond zie je de groene bergen en alles doet een beetje onwerkelijk aan, het is net of je op een andere planeet staat.


Lower Terrace Trail heeft een lengte van ruim 2 kilometer (heen en terug) en een hoogteverschil van 90 meter. Om de terrassen en bronnen te zien loop je over plankiers en moet je vele trappen op en af. Hierdoor kun je alles van heel dichtbij bekijken. Toen wij er waren werd een gedeelte afgesloten. Een stuk houten plankier was verzakt waardoor het water er niet meer onderdoor kon lopen. De kans bestond dat het water dan over het plankier zou lopen en het hout aan zou tasten.

Via een trap lopen we naar beneden en het eerste wat we voorbij komen is New Blue Spring. Deze bron ligt vlakbij de oevrlook. Het is een van de beste voorbeelden van terrassen met een dynamisch karakter in het gebied met regelmatig veranderingen. De bron kan meerdere keren per jaar actief of inactief zijn. Toen wij er waren was de bron niet actief en dan ziet het geheel er wat saai uit.

Cleopatra Terrace. Een aantal bronnen op Mammoth Hot Springs had nog geen naam wat verwarring gaf. Deze bron werd in het voorjaar ook wel Minerva genoemd. Daarom kregen een paar onbenoemde bronnen een naam en deze kreeg de naam Cleopatra Terrace.

Minerva Terrace is het belangrijkste deel van de lagere terrassen en de activiteit verschuift hier drastisch. De huidige cascades van travertijn werden gevormd in de jaren van 1990. Een aantal plekken staat al een aantal jaren droog. Deze terrassen zijn genoemd naar de Romeinse godin van kunstenaars en beeldhouwers. De sierlijke travertijn formaties lijken op een laag koekjes of een terras van zwembaden. In de droge gebieden zijn heel duidelijk de vele lagen en de verschillende dieptes te zien. Waar water stroomt geven thermophiles kleur aan de terrassen. Minerva Spring is een favoriet, niet alleen vanwege zijn brede scala aan heldere kleuren, maar ook aan zijn sierlijke travertijn formaties. Sinds de jaren 1890, toen voor het eerst gegevens werden bijgehouden over de activiteit van Mammoth Hot Springs, heeft Minerva zowel actieve als inactieve periodes gehad. Momenteel verschuift de activiteit naar andere gebieden in Mammoth Hot Springs. Via de site Alles Amerika hadden we al gelezen waar de kleuren gebleven waren in Mammoth Hot Springs. Het was een terechte opmerking, heel veel terrassen zijn al kleur loos en verkleuren van wit naar grijs. Jammer, maar het is de natuur. Het is al verwonderlijk dat het warme water naar boven gedrukt wordt. Meestal loopt het water van boven naar beneden door de grond en rots lagen en komt het op een harde laag dan verplaatst het zich horizontaal. Je zou verwachten dat het grondwater uiteindelijk in de rivieren terecht komt. Maar hier komt het bubbelend, spuitend en borrelend van onder naar boven.

We besluiten niet door te lopen richting Liberty Cap en Opal Terrace, het is warm en we hebben, wat bronnen en geisers betreft, vandaag genoeg gezien. Het is ons wat tegengevallen, maar misschien komt dat ook wel dat wij te hoge verwachtingen hadden van al de foto’s en afbeeldingen die wij hebben gezien. Zo zie je maar het kan heel snel veranderen en misschien moeten we een keer terug komen. Daarom maken we het rondje af en lopen langs de Mound & Jupiter Terraces terug. In de jaren 1980 stroomde Jupiter Terrace zo hevig dat meerdere keren de houten voetpaden aangepast moesten worden. Sinds 1992 was de bron droog, maar is momenteel weer erg actief. Toen wij er waren werd het voetpad afgesloten omdat deze omhoog gebracht moest worden. Het water kon er niet meer onder door lopen. Hier is heel duidelijk het verschil te zien tussen een actieve en niet actieve bron. De kleuren, de geur, de geluiden. Verder terug naar de overlook en dan via trappen en plankiers naar de Canary Spring. Dit is de laatste bron die we hier gaan bekijken en gelukkig voor ons is hier nog water en daardoor ook de prachtige kleuren.

Canary Spring ligt langs en aan het eind van een houten voetpad. Deze met bacteriën gevulde bron heeft een kanarie gele kleur, en hier heeft de bron zijn naam ook aan te danken. Een bacterie, die afhankelijk is van zwavel, leeft in dit water en geeft de gele kleur die we zien. Het stromende warme water vormt nog steeds nieuwe travertijn formaties, die als terrassen naar beneden lopen. Vlakbij de bron is het water geel gekleurd. Op grotere afstand verkleurd het naar oranje en bruin en verderop mengen de kleuren zich en vormen delicate tinten op de romige rotswanden en terrassen. Het gedeelte waar water was, was prachtig om te zien en we hebben genoten van dit natuurwonder. De mozaïeken onder water door, afgezet calciumcarbonaat, bacteriën en algen. Het langzaam stromende water, de gasbellen die naar boven komen, en af en toe een geiser die wat drukte maakt. Het water loopt op sommige plekken onder de houten vlonders door waardoor je een prachtig zicht hebt op dit alles.











Terug naar de camper en even wat eten en drinken. Naast de weg bloeien mooie planten en die zetten we nog even op de foto. We gaan terug richting Norris en dan weer naar Canyon Village.
Vanmorgen al bizons en de coyote gezien Vanmiddag nog meer mazzel.

Wij rijden verder en ineens zien we allemaal auto’s stoppen. Ook wij. Blijkt er een zwarte beer te lopen. Ongeveer 100yards van de rijweg scharrelt ie tussen de bomen.

Hij eet gras en ziet er niet gevaarlijk uit. Wel is er een ranger die de beer en de toeristen constant in de gaten houdt. Hij regelt ook het verkeer en heeft het er maar druk mee. Iedereen wil de beer zien en de mensen zetten de auto’s kriskras in de berm en op de weg en dat wil hij niet. Hij vertelt dat deze beer tussen de 3-5 jaar oud is. Op een gegeven moment loopt de beer recht weg en de ranger vind dat hij te dicht bij de mensen komt. Daarom moeten we allemaal terug naar de auto’s en instappen. De auto raampjes mogen open houden. Echter de beer komt niet dichter bij en scharrelt tussen de bomen en struiken door op zoek naar eten. Wat een ervaring! Beren worden constant door de rangers in de gaten gehouden, zodat, wederzijds, de toeristen en beren elkaar niet te dicht naderen. Aan de ranger gevraagd hoe zij wisten waar de beren waren. Zij rijden constant rondjes en als ergens auto’s stoppen omdat ze iets zien gaan zij kijken wat er aan de hand is. Is het een beer dan blijven ze net zo lang in de buurt dat de beer weer vertrokken is. Met andere woorden ze gebruiken de ogen van de bezoekers. Er staan nu zoveel auto’s langs de weg dat voor ons de aardigheid er af is en maar besluiten door te rijden. Het gebied is zeer afwisselend, gebieden met bos maar ook met gras en riviertjes. Een stukje verderop loopt een groep elks te grazen. Je kan echt merken dat deze dieren zich hier veilig voelen, ze zijn helemaal niet bang voor mensen en eten gewoon door.

Een mooi gezicht deze dieren in het wild te zien. Regelmatig stoppen we, en op bepaalde plekken zitten we ook een poos heerlijk in de zon, zoals langs de Winter Creek. Nu een heel klein stroompje en aan de overkant lopen een paar bizons. Ook hier komt op sommige plekken warm water uit de grond, in de poelen bubbelt het en soms komt de damp eraf.

Deze poelen zijn omringd met verschillende soorten grassen met daarin allerlei bloemen. Het water uit dit poeltje loopt uiteindelijk weer in de rivier, wat is de natuur hier prachtig. Het wordt al laat en we moeten nu echt terug naar Canyon Village.

Op de terugweg komen we diverse 4-way kruisingen tegen. Iedereen heeft een stopbord. De auto die het eerst volledig tot stilstand is gekomen mag weer als eerste wegrijden. Als Klaas dat doet dan hoop ik maar dat alle anderen ook deze spelregels weten….. Het gaat goed, schadevrij komen we op de camping. We gaan direct naar een restaurant anders moeten we steeds heen en weer. Het restaurant heeft een U-vormige tafel en de serveerster staat daarachter. De gasten zitten allemaal naast elkaar langs deze tafel. Apart, echt Amerikaans, en ook heel leuk. Heerlijk gegeten we waren zeker uitgehongerd. Na het eten lekker douchen. In het gebouw waar de wasmachines staan laden we onze apparatuur weer op. Er zijn maar een paar stopcontacten en gelukkig kunnen we één bemachtigen. We hebben een stekkerdoos met een lang snoer meegenomen zodat de batterijen van de camera, de telefoon en de laptop tegelijk kunnen opladen. Een lekker kopje koffie erbij smaakt goed. Wat hebben we vandaag een geweldige enerverende dag gehad. Bizons, elks en een beer gezien. Verder allemaal verschillende geisers, heetwater bronnen fumaroles, mudpots, en gekleurde terrassen kunnen bewonderen. Het was een onvergetelijke dag en we zijn benieuwd wat de volgende dag ons zal brengen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten